-
1 in orde zijn
• to be in order -
2 aan de orde zijn
aan de orde zijnVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > aan de orde zijn
-
3 perfect in orde zijn
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > perfect in orde zijn
-
4 dik in orde zijn
-
5 aan de orde zijn
• to be in order• to be under discussion -
6 orde
1 [regelmatige plaatsing, vastgestelde opeenvolging] order3 [vereniging van personen] order5 [biologie] order6 [religie] order (of priesthood)7 [onderscheiding] order♦voorbeelden:1 tot de orde van de dag overgaan • proceed/pass to the order of the dayvoor de goede orde wijs ik u erop dat … • for the record, I would like to point out to you/remind you that …orde scheppen in de chaos • produce order out of chaosiets aan de orde brengen • raise a matter/question, bring something upaan de orde zijn • be under discussionz'n kleren in orde brengen • straighten out one's clothes, adjust one's dressna de verhuizing waren zij snel weer op orde • they quickly got settled in after their move〈 figuurlijk〉 iemand tot de orde roepen • call someone to order, bring someone into lineverstoring van de openbare orde • disturbance of the peace, disorderly conduct, violation of civil orderde orde bewaren • keep/preserve/maintain orderzij kan goed orde houden • she is good at keeping order/disciplineorde moet er zijn! • we need more law and order!ik ben weer in orde • I'm all right again, I'm fine againdat komt (wel) in orde • 〈 ik zorg ervoor〉 I'll see to it; 〈 het komt wel goed〉 it will turn out all right/OKin orde! • all right!, fine!, OK!het toestel is (niet) in orde • there is nothing/something wrong with the appliance, the appliance is (not) in running/working orderis alles weer in orde tussen jullie? • is everything all right/OK between you two again?orde op zaken stellen • put/set things right; 〈 met betrekking tot eigen zaken〉 put one's affairs in orderin die orde van grootte • of that order (of magnitude)7 iemand een orde verlenen • invest someone with a decoration, decorate someone -
7 orde
♦voorbeelden:toeristische attractie van de eerste orde • haut-lieu touristiquede gevestigde orde • l'ordre établide openbare orde • l'ordre publicde orde bewaren, handhaven • maintenir l'ordrezij kan goed orde houden in de klas • elle sait faire régner la discipline dans sa classedat komt later aan de orde • nous traiterons cela plus tardiets aan de orde stellen • soulever un problèmedat is buiten de orde • cela n'est pas en causein goede orde ontvangen • reçu en bon étatorde scheppen (in iets) • mettre de l'ordre (dans qc.)zijn kapsel in orde brengen • arranger sa coiffureik ben weer in orde • je suis tout à fait rétablialles in orde • tout va bienhij is niet helemaal in orde • il est mal fichualles zal wel in orde komen • tout s'arrangeraiets in orde maken • régler qc.in die orde van grootte • dans cet ordre de grandeurin orde • d'accord〈 figuurlijk〉 iemand tot de orde roepen • rappeler qn. à l'ordredat is van lagere orde • ce n'est pas essentieldat is van later orde • cela viendra plus tardvoor de goede orde wijs ik u erop dat … • pour le bon ordre, je vous signale que …orde op zaken stellen • remettre une affaire en ordre -
8 zijn kapsel in orde brengen
zijn kapsel in orde brengen -
9 orde moet er zijn!
orde moet er zijn!we need more law and order!Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > orde moet er zijn!
-
10 zijn spullen voor elkaar hebben
Deens-Russisch woordenboek > zijn spullen voor elkaar hebben
-
11 aan de orde van de dag zijn
aan de orde van de dag zijn -
12 order
n. volgorde, orde; stand; bevel; bestelling--------v. ordenen; bestellen; bevelen; leidenorder1[ o:də]1 orde 〈 ook biologie, natuurkunde, wiskunde〉 ⇒ stand, rang, (sociale) klasse/laag; 〈 formeel〉 soort, aard2 (klooster/ridder)orde♦voorbeelden:clerical order • geestelijke stand/cleruspoetry of a high order • eersteklas poëzie〈 Brits-Engels〉 in/of/ 〈 Amerikaans-Engels〉 on the order of • in de orde (van grootte) van, ongeveer, om en (na)bij¶ 〈 Brits-Engels〉 an order to view • een bezichtigingsbriefje 〈 van makelaar gekregen, tot bezichtiging van huis〉take (holy) orders • (tot) priester (gewijd) worden〈 Amerikaans-Engels〉 on the order of • zoals, in de stijl van3 bestelling ⇒ order, levering(sopdracht)♦voorbeelden:make/issue an order • een bevel uitvaardigenobey orders • een bevel/bevelen gehoorzamen/opvolgentake one's orders from • zijn bevelen krijgen van/uitby order of • op bevel/in opdracht vanon doctor's orders • op doktersvoorschriftbe under orders to • bevel (gekregen) hebben teunder the orders of • onder bevel/aanvoering vanorder to pay • betalingsmandaatorder to transfer • (giro-)overschrijvingorder for payment • assignatie, betalingsopdrachtissue an order for the payment of • opdracht/order geven tot uitbetaling vancheque to order • cheque aan orderpayable to the order of • betaalbaar aan de order van3 two orders of French fries • twee porties friet/patatplace an order for something • iets bestellenbe on order • in bestelling/besteld zijn→ tall tall/1 (rang/volg)orde ⇒ op(een)volging2 ordelijke schikking/inrichting/toestand ⇒ orde(lijkheid), ordening; geregeldheid, netheid; 〈 leger〉 opstelling; stelsel, (maatschappij)structuur4 orde ⇒ tucht, gehoorzaamheid5 bedoeling ⇒ doel, intentie♦voorbeelden:in order of importance • volgens/in (volg)orde van belangrijkheidout of order • niet in/op volgordethe order of things • de orde der dingenin good order • piekfijn/netjes in ordeleave one's affairs in order • orde op zaken stellenput/set something in order • orde scheppen in ietsout of order • defect, buiten gebruik/werking3 Order! (Order!) • Tot de orde!rise to a point of order • een procedurekwestie stellencall someone to order • iemand tot de orde roepencall (a meeting) to order • een vergadering voor geopend verklaren〈 formeel〉 in order • in orde, in overeenstemming met de regels, geoorloofdbe out of order • buiten de orde/het reglement van orde gaan 〈 van spreker〉; (nog) niet aan de orde zijn 〈 van voorstel, zaak enz.〉keep order • de orde bewaren/handhavenin order to • om, teneinde————————order21 bevelen ⇒ het bevel hebben/voerenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 ordenen ⇒ in orde brengen, (rang)schikken2 (een) bevel/order/opdracht geven ⇒ het bevel geven (tot); verordenen, gelasten; verzoeken om; voorschrijven 〈 van dokter〉♦voorbeelden:order someone a month's rest • iemand een maand rust voorschrijvenhe ordered the troops to open fire • hij gaf de troepen bevel het vuur te openen¶ order someone about/around • iemand (steeds) commanderen/voortdurend de wet voorschrijvenorder home • naar huis/het vaderland (terug)sturenorder someone off • van/uit het veld sturen 〈 van scheidsrechter〉order round • laten komen/halen→ order out order out/ -
13 Schuss
〈m.; Schusses, Schüsse〉3 scheut(je) ⇒ dosis, portie4 vaart, snelheid♦voorbeelden:〈informeel; figuurlijk〉 ein Schuss in den Ofen • een misser, fiasco〈informeel; figuurlijk〉 weit(ab) vom Schuss sein • buiten schot blijven, zijn〈 figuurlijk〉 nicht zum Schuss kommen • niet aan bod komen, geen kans krijgenCola mit Schuss • cola-tic〈 informeel〉 das hält mich in Schuss • dat houdt me bezig, daardoor blijf ik actief -
14 Reihe
Reihe〈v.; Reihe, Reihen〉♦voorbeelden:〈 informeel〉 ganz aus der Reihe sein • helemaal niet in vorm, orde zijn〈 informeel〉 du hast wohl nicht alle in der Reihe! • je bent niet goed wijs!in Reih und Glied stehen • in het gelid staanjetzt kommt er an die Reihe! • nu is het zijn beurt!außer der Reihe abfertigen • afzonderlijk afhandelenaußer der Reihe sein • ongewoon zijnder Reihe nach • op volgordealles der Reihe nach erzählen • alles in goede volgorde vertellen -
15 Tagesordnung
Tagesordnung〈v.〉♦voorbeelden: -
16 Lot
Lot1〈o.; Lot(e)s, Lote〉♦voorbeelden:etwas aus dem Lot bringen • iets uit zijn lood brengenetwas ins (rechte) Lot bringen • iets in 't reine, in het lood brengen¶ 〈 spreekwoord〉 Freunde in der Not gehen hundert, tausend auf ein Lot • vrienden in de nood, honderd in een lood————————Lot2〈o.; Lot(s), Lots〉 -
17 be off
verdwijnen, weggaanbe off1 〈 informeel〉ervandoor zijn/gaan 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ vertrekken, weg zijn, wegwezen; 〈 sport〉 starten, weg zijn; beginnen 〈 in het bijzonder te praten〉♦voorbeelden:1 when he saw Sue, John was off • toen hij Sue zag, nam John de benen〈 sport〉 and they're off! • en weg zijn ze!be off to a bad start • slecht van start gaanbe off with you • maak dat je wegkomtbe off! • scheer je weg!be better/worse off • er beter/slechter aan toe zijn‘How are you off for food?’ • ‘Hoeveel voedsel heb je (nog)?’ -
18 to be in order
aan de orde zijnin orde zijn -
19 an der Tagesordnung sein
an der Tagesordnung seinWörterbuch Deutsch-Niederländisch > an der Tagesordnung sein
-
20 point
point1 [pwẽ]♦voorbeelden:(ne) point de … • geen …————————point2 [pwẽ]〈m.〉3 mate ⇒ staat, graad, moment4 punt ⇒ zaak, onderwerp, kwestie6 (brei-, naai)steek♦voorbeelden:points de suspension • gedachtepuntjes, puntje, puntje, puntjemettre le, un point final à qc. • ergens een punt achter zettenun point, c'est tout • punt uit, en daarmee basta→ misepoint de chute • plaats van inslagpoint d'eau • tappuntpoint d'impact • trefpuntpoint d'intersection • snijpunt, kruispunt, knooppunt 〈 van wegen〉point de mire • mikpuntpoint de section • snijpuntpoint de vue •〈zie ‘point de vue’〉les points cardinaux • de windstrekenc'est son point faible • dat is zijn zwakke puntl'affaire est au point mort • de zaak is vastgelopenmettre (le levier) au point mort • de versnelling in zijn vrij zetten3 à ce point (que) • in zodanige mate (dat), zo erg (dat)à tel point que, au point que 〈+ aantonende wijs, soms aanvoegende wijs〉 • zo zeer, zo veel datau point de 〈+ onbepaalde wijs〉 • zo zeer, zo veel datà quel point • hoe erg, hoe zeerau point où en sont les choses • zoals de zaken (ervoor) staanau dernier point, au plus haut point • uiterst, tot het uiterstenous en sommes toujours au même point • we zijn nog altijd even vermal en point • lelijk toegetakeld, in slechte staatêtre mal en point • er slecht aan toe zijn4 point de détail • detailkwestie, onbelangrijk puntpoint d'honneur • erezaakpoint de religion • gewetenszaakpoint critique • heet hangijzer, punt waar het om draaitde point en point • letterlijk, preciesde, en tout point, en tous points • in alle opzichten, op alle puntenun discours en trois points • een redevoering in drie delenpoint par point • punt voor puntsur ce point • wat dit betreftbattre aux points • op punten verslaanrendre des points à qn. • iemand punten voorgeven; 〈 figuurlijk〉sterk staan, in het voordeel zijn ten opzichte van iemandvainqueur aux points • winnaar op punten6 point de couture • stiksel, stiksteekpoint mousse • ribbelsteekpoints de suture • hechtingenpoints de tapisserie • borduurstekenfaire un point à • met een paar steken bij elkaar halen7 point d'attache • thuishaven, standplaatsfaire le point • 〈 van schip〉bestek opmaken, positie bepalen; 〈 figuurlijk〉de balans opmaken, inventariseren8 point de côté • steek, pijn in de zijpoint de côté • steek in de zijau point du jour • bij het krieken van de dagtomber à point • goed van pas komen, goed uitkomenà point • gaar, precies goedà point nommé • stipt op tijd, als geroepenêtre au point • in orde zijn, goed werkenêtre sur le point de • op het punt staan om (te)m1) punt2) stip3) mate, graad4) cijfer5) (brei-, naai)steek6) positie, standplaats7) steek [in de zij]8) (het) aanbreken [dag]
См. также в других словарях:
Vlaamse Militanten Orde — Le Vlaamse Militanten Orde (Ordre des Militants flamands en néerlandais) ou VMO à l origine la Vlaamse Militanten Organisatie (Organisation des militants flamands) est un ancien groupe d action nationaliste flamand et plus tard de propagande d… … Wikipédia en Français
Ligue nationale flamande — Traduction à relire Vlaams Nationaal Verbond → … Wikipédia en Français
Haus — 1. Alte Häuser haben trübe Fenster. Dän.: Gammelt huus haver dumme vinduer. (Prov. dan., 315.) 2. Alte Häuser leiden mehr als neue. Wenn diese nicht schon zusammenfallen, ehe sie fertig gebaut sind. 3. Alte Häuser streicht man an, wenn man sie… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Karel Lotsy — Karel Lotsij Karel Johannes Julianus Lotsy (* 3. März 1893 in Baltimore, Maryland (USA); † 29. August 1959 in Koog aan de Zaan; eigentlich Karel Lotsij) war ein niederländischer Fußball und Sportfunktionär. Von 1942 bis 1953 war er Vorsitzender… … Deutsch Wikipedia
Max Blokzijl — in jungen Jahren (1907) Marius Hugh Louis Wilhelm (Max) Blokzijl (* 20. Dezember 1884 in Leeuwarden; † 16. März 1946 in Den Haag) war ein niederländischer Journalist und Autor. Blokzijl wurde zunächst durch seine Report … Deutsch Wikipedia
Karel Lotsij — Karel Johannes Julianus Lotsy (* 3. März 1893 in Baltimore, Maryland, USA; † 29. August 1959 in Koog aan de Zaan; eigentlich Karel Lotsij) war ein niederländischer Fußball und Sportfunktionär. Von 1942 bis 1953 war er Vorsitzender des… … Deutsch Wikipedia
Karel Lotsij — Karel Johannes Julianus Lotsy (* 3. März 1893 in Baltimore, Maryland, USA; † 29. August 1959 in Koog aan de Zaan; eigentlich Karel Lotsij) war ein niederländischer Fußball und Sportfunktionär. Von 1942 bis 1953 war er Vorsitzender des… … Deutsch Wikipedia
Franz Junghuhn — Fr. Junghuhn. Titelbild zum Aufsatz Franz Wilhelm Junghuhn von A. Wichmann. In: Petermanns Mitteilungen aus Justus Perthes Geographischer Anstalt, 55. Band 1909, Tafel 37 (gegenüber S. 297) … Deutsch Wikipedia
Junghuhn — Fr. Junghuhn. Titelbild zum Aufsatz Franz Wilhelm Junghuhn von A. Wichmann. In: Petermanns Mitteilungen aus Justus Perthes Geographischer Anstalt, 55. Band 1909, Tafel 37 (gegenüber S. 297) … Deutsch Wikipedia
National anthem of the Orange Free State — Vrystaatse Volkslied English: The national anthem of the Orange Free State anthem of Orange Free State Adop … Wikipedia
Vrystaatse Volkslied — Vrystaatse Volkslied (af) Hymne national de l État libre … Wikipédia en Français